Ronde Tafel 'Fiduciair Management, LDI & de Wtp'
Op dit moment is de dekkingsgraad van een pensioenfonds leidend voor veel besluiten. Wat wordt in het nieuwe pensioenstelsel het nieuwe richtpunt? In het derde deel van de Ronde Tafel over Fiduciair Management, LDI & de Wtp ging het onder meer over rentestand-afhankelijk beleid, over de relevantie van valuta-afdekking en over de grootste risico's in de transitiefase.
Voorzitter:
Henk Bets, Actuarieel Adviesbureau Confident
Deelnemers:
Ralph van Daalen, Goldman Sachs Asset Management
Armijn Eikelboom, Achmea Investment Management
Rik Klerkx, Cardano Bertjan Kobus, Sprenkels
Daniël Rijs, DPSKarin Roeloffs, Aegon Asset Management
Mark Rosenberg, Pensioenfondsbestuurder
Martin Sanders, AXA Investment Managers
Arthur Stroij, Columbia Threadneedle Investments
Jan Willem van Stuijvenberg, Van Stuijvenberg Financial Services
Nu sturen veel pensioenfondsen op de dekkingsgraad. Andere zaken zijn natuurlijk ook belangrijk, maar nu wordt daar het eerst naar gekeken. Wat wordt straks het nieuwe richtpunt?
Rosenberg: ‘Het verschilt per leeftijdscategorie, maar ook binnen leeftijdscategorieën zie je een grote variatie. Risicopreferentie is belangrijk. En wat is de ambitie van sociale partners qua vervangingswaarde? Die moet je regelmatig uitrekenen en communiceren om vast te stellen waar je nu staat. Het gaat wel om ex-post cijfers die niet zo gemakkelijk zijn te gebruiken als sturingsvariabelen. Dat is gewoon lastig.’
Kobus: ‘De gepensioneerde zal kijken naar de uitkering nu en volgend jaar. De actieve deelnemer zal kijken naar het rendement.’
Klerkx: ‘Het vermogen gaat natuurlijk heel volatiel worden, afhankelijk van onder meer de rente. Het zou goed zijn als de pensioenfondsen het eens worden over waar ze over communiceren, dat het niet allemaal verschillende cijfers zijn. Uiteindelijk moet je de focus op het pensioen houden. De dekkingsgraad van een fonds als het ABP is misschien redelijk stabiel, maar het vermogen is heel volatiel geweest.’
Sanders: ‘Het verwachte pensioen is inderdaad het onderwerp waar alle pensioenfondsbestuurders het liefst over communiceren. Maar ze zijn ook verplicht over vermogen en rendement te communiceren en alles uit te leggen als bijvoorbeeld de rente en de aandelenkoersen dalen. De gepensioneerde heeft daar weinig last van, want die heeft een beschermingsarrangement en wordt gecompenseerd voor de dalende rente. De jongeren worden geconfronteerd met een grote min. Hoe komt dat en hoe wordt dat uitgelegd?’